Thursday 30 August 2018

Rineke Dijkstra

Je mist meer dan je meemaakt. Martin Bril wist het al.
Al die prachtige tentoonstellingen, alleen al in Nederland. In het museum kom ik wel beroepsbezoekers tegen, die heel veel zien. Gewapend met museumkaart en seniorentreinkaart gaan ze vroeg op pad en vertrekken weer voor de spits om het maximale uit hun pasjes te halen.
Ze vertellen me hun verhaal en kennen de treintijden uit hun hoofd. Meestal met pensioen, maar laatst was er een rustige Zeeuw, die zijn hele leven voor zijn moeder had gezorgd. Sinds haar overlijden trok hij het land in. Hij vertelt me over de uitvaart van Gielliet de kunstenaar-pastoor in Zeeuws-Vlaanderen, die in zijn houten beelden liet zien wat hij eigenlijk wilde zeggen.
Soms help ik bezoekers herinneren wat ze zagen. "O, zag u de restauratie van de Rogier van der Weyden in het Mauritshuis!", zeg ik afgunstig. "Ik geloof het wel ja", mompelen ze.

Ik mis ook erg veel. Toen ik nog veel werkte was ik me dat niet zo bewust, maar nu lees ik er wel over, maar heb nog niet genoeg tijd om al dat moois en interessants te zien.
Ik miste de overzichtstentoonstelling van Rineke Dijkstra in De Pont. Maar ik zag haar werk ook op een aantal andere plekken. In de vaste collectie of in een thematentoonstelling. Wat een verrassing!
In 2017 in het Stedelijk Museum toen ze de Hasselblat-award had gewonnen. Naast Dianne Arbus, een van haar voorbeelden, in de vaste collectie van het Moma in San Francisco. In Stage of being in Museum Voorlinden.

Strandfoto van Rineke Dijkstra in San Francisco



Dianne Arbus

In Voorlinden hing werk van haar in de buurt van onder meer Louise Bourgeois.
Je herkent haar werk meteen. De schuchtere jongeren aan het strand, stierenvechters na de strijd, de jonge moeders die hun baby onwennig vasthouden.

In Voorlinden blijf ik stilstaan bij de moeders met kind. Een klassiek gegeven in de schilderkunst, ik heb duizenden Maria's met kind gezien. Hier zie ik foto's van jonge vrouwen. De foto's zijn uit 1994, in dat jaar kreeg ik ook een kind.
De houding van de vrouwen is kenmerkend voor Rineke Dijkstra's. Geen poses, het kind tegen hun blote lichaam gedrukt. Ik voel het weer, hoe dat voelde toen, het gladde kind op mijn buik dat meteen ging drinken. De ene vrouw heeft een broekje van gaas aan, het enorme kraamverband duidelijk zichtbaar. Als ik langer kijk zie ik bij Tecla een straaltje bloed langs haar been lopen.

Tecla gefotografeerd door Rineke Dijkstra


Spiralen van Louise Bourgeois

Monday 13 August 2018

Ontwikkeling van Maria van Elk

Laatst zag ik werk van Maria van Elk bij de sixties-tentoonstelling van het Stedelijk Museum in Amsterdam. "Soft Living Room" uit 1968. Een zwart witte koepel van zacht kunstbont.

In 2013 heeft Maria van Elk Soft Living Room opnieuw gemaakt voot Stedelijk Museum Schiedam

Als je naar binnen ging kwam je in een soort landschap met heuvels erin. De bedoeling was dat je, als je erin zat, tot rust kwam en de buitenwereld even buitensloot. Het licht was zacht gefilterd. De kijker beleefde het kunstwerk.

De tentoonstelling in het Stedelijk gaat over de ontwikkeling van de kunst in de jaren 60 in Amsterdam. Kunst ging naar buiten, uit de musea naar de straat. Plastic bollen waar je in kon lopen over de grachten, doorlopende tekeningen door de hele stad, objecten om mee te spelen, John Lennon en Yoko Ono in bed in het Hilton. Kunst in interactie met de omgeving en kunstenaars, die de scheiding tussen hoge en lage kunst weghaalden.

Maria van Elk ging verder met abstractie en conceptuele kunst.
Ze was actief als beeldhouwer, graficus, schilder, tekenaar, textielkunstenaar en ontwierp vloeren en wandtapijten. Als docent aan de AKI, de kunstacademie in Enschede, begeleidde ze studenten die conceptuele kunst maakten met het uitvinden van hun route.

In Museum Gouda kun je op dit moment een selectie zien van werk dat directeur Josine Bruins-Kops aankocht in de periode 1976-1986.
Ze kocht werk van vrouwen aan, die, in die tijd helemaal, nog weinig aanwezig waren in musea. Nu kun je een overzicht zien van werk van 30 kunstenaars. De tentoonstelling geeft een beeld van die tijd. Er zijn schilderijen, video's, beelden, van onder meer Marlene Dumas, Marieke de Goeij, Dorian Hiethaar, Arjanne vd Spek en Maria van Elk.

Van Maria van Elk hangt er "Vouw vormen", drie werken van oliekrijt op rijstpapier, met vouwen en een gekleurd vlak. Ze maakte het in 1986, achttien jaar na Soft Living Room. Ze had behoefte aan beelden zonder bijklank of dubbele bodem. Het materiaal staat centraal. Ze zei er zelf over: "De werken zijn niets meer dan zichzelf, maar zeker ook niet minder."

Naast rijstpapier gebruikte ze ook hout. Ze maakte houtdrukken van kopshout en langshout.

Dat zie je. Het resultaat onvoorspelbaar, de vormen helder.

In 1995 ontwerpt Maria van Elk mozaiekvloeren voor een instelling in Krimpen a/d IJssel, genaamd "Gevouwen vloeren". Je herkent haar beeldtaal. Ze had het idee van vouwen en kleur, dat in het werk dat in Museum Gouda tweedimensionaal is, driedimensionaal gemaakt in een gebouw.

Bomen, bloemen, eiland en water zijn de thema's van de vloerontwerpen.